Nieuw hartonderzoek
Dat er snel gehandeld moet worden bij een hartstilstand - het liefst binnen zes minuten - weet iedereen. Maar nieuw onderzoek van het Amsterdam UMC laat zien dat een snelle schok met een AED binnen een paar minuten van levensbelang is. En dat in drie van de vier gevallen die zes minuten niet wordt gehaald. "We doen het goed, maar het kan beter."
Nederland heeft een landelijk dekkend reanimatienetwerk. Door de vele AED's en vrijwilligers zou iedereen met een hartstilstand binnen zes minuten na een noodoproep gereanimeerd kunnen worden. Maar hoe belangrijk zijn die zes minuten eigenlijk? Want wetenschappelijk bewijs voor die zes minuten is beperkt.
Heel belangrijk, zegt Hans van Schuppen, hij is anesthesioloog en leider van het ARREST-reanimatie-onderzoek, een samenwerking tussen hulpdiensten en ziekenhuizen in Noord-Holland. In hun databank zitten gegevens van 30.000 reanimaties, verzameld vanaf 2005. Het is hiermee een van de grootste databases van reanimaties ter wereld.
"We hebben ook de data uit alle AED's verzameld, die is uniek omdat weinig regio's in de wereld daadwerkelijk naar de AED's toegaan om de data uit te lezen", zegt Van Schuppen.
De gegevens van 3723 patiënten die buiten het ziekenhuis een hartstilstand kregen, zijn geanalyseerd. Het blijkt dat als de eerste schok met een defibrillator (AED) binnen zes minuten wordt gegeven, het in 93 procent van de gevallen lukt om de hartritmestoornis, wat de hartstilstand veroorzaakt, te stoppen.
Als die eerste schok bijvoorbeeld pas na meer dan 16 minuten werd gegeven, daalde dit percentage naar 75 procent. Elke minuut dat de schok later werd gegeven, daalde de kans op overleving met 6 procent. "Een snelle schok met een AED is dus heel bepalend voor overleving."
Uit het onderzoek van Amsterdam UMC komt meer belangrijke informatie. Zo blijkt dat bij drie op de vier reanimaties die zes minuten niet wordt gehaald. "We doen het in Nederland heel erg goed, internationaal zitten we in de top van een snelle respons. Bij meer dan 60 procent van de reanimaties wordt een AED aangesloten voordat de ambulance er is. Dat is voor heel veel landen een utopie."
Dit komt door de inzet van 'first responders', zoals burgerhulpverleners die zijn aangesloten bij een oproepsysteem, of medewerkers van de politie of de brandweer. Goede cijfers dus, maar de realiteit is ook dat in driekwart van de gevallen de AED niet binnen de zes minuten werd aangesloten.
Om die tijd wel te halen heb je volgens Van Schuppen een paar dingen nodig, zoals een goed oproepsysteem. "In het burgerhulpverleningssysteem zitten meer dan 200.000 mensen. Dat is goed, maar waarschijnlijk zijn het er te weinig. Er zijn meer mensen nodig die een AED kunnen halen en het kunnen toepassen. Daarnaast hangen er AED's op plekken die nog niet in het systeem geregistreerd zijn en die dus niet gevonden worden door de burgerhulpverleners. Die moeten soms verder lopen dan achteraf nodig bleek."
De Hartstichting benadrukt dat burgerhulpverleners nooit naar een plek worden gestuurd waar een ontoegankelijke AED hangt.
"Als er in een wijk geen AED is, moet iemand ervoor zorgen dat die er komt", zegt Van Schuppen. "In Nederland is nergens wettelijk vastgelegd wie er verantwoordelijk voor is om die schok binnen zes minuten toe te dienen. Het zou fantastisch zijn als we het systeem nog beter organiseren zodat iedereen binnen die zes minuten een schok met een AED kan krijgen. Dat scheelt absoluut mensenlevens."
Bron: RTL Nieuws
28 oktober 2024
AED-Partner Nederland
Ekkersrijt 4301
5692 DJ Son
AED-Partner België
Everselstraat 133
3580 Beringen